De startnummers worden uitgegeven in de meldtent. Per onderdeel is er een apart setje startnummers. Doe je aan meerdere onderdelen mee? Dan moet je dus voor ieder onderdeel opnieuw melden en startnummers halen. Alleen bij finales gebruik je dezelfde startnummers als in de series. Daarom is het bij finales niet nodig om opnieuw te melden, behalve als er wijzigingen zijn in je team.
Wie draagt welk nummer?
Op het startnummer staat een teamnummer van drie cijfers en een volgnummer (1 t/m 4). De eerste loper uit het team krijgt het startnummer dat eindigt op een 1, de tweede loper het eindcijfer 2, enzovoort. Bij de onderdelen met 10 lopers worden de eindcijfers 1 t/m 9 en 0 gebruikt, waarbij de tiende loper het cijfer 0 krijgt.
Let op bij finales. Valt een reserveatleet in tijdens de finale of loop je tijdens de finale in een andere volgorde dan in de series? Zorg dan dat de juiste atleet het startnummer met het juiste volgnummer krijgt (en geef de wijziging door in de meldtent).
Dragen van de nummers
De startnummers worden bij alle onderdelen op de borst gedragen. Wij gaan ervan uit dat atleten zelf zorgen voor speldjes voor het bevestigen van de startnummers.